Verdwijnen de Amerikaanse klassiekers uit de Cubaanse straten?


De straten van de Cubaanse hoofdstad Havana worden al tientallen jaren gedomineerd door klassieke Amerikaanse auto's als de Chevrolet Bel Air en Chrysler Imperials. De vraag is of dit nog lang duurt: de Cubaanse regering heeft de beperkingen op de verkoop en aankoop van auto's door burgers opgeheven.

Per 1 oktober 2011 mogen Cubanen vrijelijk handelen in auto's van elk bouwjaar en elk type. Dit was voorheen beperkt tot auto's die gebouwd waren voor de revolutie die in 1959 plaatsvond. Wel moeten de kopers én verkopers vier procent belasting betalen over de waarde van het voertuig. De koper moet bovendien kunnen aantonen dat hij op legale wijze aan het geld voor de wagen is gekomen. Voor het eerst is het ook mogelijk om meer dan één auto te bezitten.

Lada en Mosovich
Doktoren, sporters, artiesten en anderen die voor zaken naar het buitenland moesten kregen in het verleden de gelegenheid auto's te importeren of een Lada of Moscovich van de staat te kopen. Daarnaast beschikten sommige arbeiders over een auto van de zaak. Het benzinegebruik werd door de regering echter streng in de gaten gehouden, om ervoor te zorgen dat de auto alleen voor zakelijke doeleinden werd gebruikt.

Cubanen die het eiland verlaten kunnen onder de nieuwe wet hun auto verkopen of overdoen aan een familielid. Eerder was dit niet mogelijk. Desondanks was er een bloeiende autohandel. Op de zwarte markt verwisselden auto's van eigenaar, maar de tenaamstelling werd nooit gewijzigd. Veel auto's staan derhalve op de verkeerde naam en het zal een grote klus worden om dit te ontwarren als de nieuwe wet eenmaal van kracht wordt.

Beperkingen
De Cubaanse bevolking heeft jarenlang geklaagd over de beperkingen op de handel in auto's. De vraag is echter hoeveel Cubanen in de positie zijn om gebruik te maken van de nieuwe wetgeving. De meeste Cubanen verdienen niet meer dan omgerekend 15 euro per maand.

De Cubaanse president Raul Castro heeft een reeks vrijemarkthervormingen doorgevoerd om het eiland te redden van een economische ramp. Een aantal bedrijven is geprivatiseerd en burgers mogen kamers verhuren en mensen in dienst nemen. De regering heeft ook bekendgemaakt de aan- en verkoop van vastgoed tegen het eind van 2011 te willen legaliseren.

Bron: Volkskrant

Geen opmerkingen:

Een reactie posten